article banner
Direct Tax

Fiscale consolidatie of de overdracht van verliezen tussen verbonden vennootschappen

Chris Peeters Chris Peeters

Vennootschappen die reeds 5 jaar lang via een deelneming van minstens 90% verbonden zijn, hebben de mogelijkheid om hun fiscaal verlies van aanslagjaar 2020 (boekjaren beginnende ten vroegste op 1 januari 2019) door te geven via de zogenaamde ‘groepsbijdrage’. 

Wie komt in aanmerking?

Enkel moeder- en dochtervennootschappen met een directe deelneming van minstens 90% komen in aanmerking, alsmede zustervennootschappen die voor minstens 90% door eenzelfde moedervennootschap worden aangehouden.

Deze deelneming moet bovendien 5 jaar ononderbroken zijn aangehouden vanaf 1 januari van het vierde kalenderjaar vóór het kalenderjaar waarnaar het aanslagjaar wordt genoemd waarin de groepsbijdrage wordt verrekend. Wat betreft een boekjaar dat afsluit per 31 december 2019, moet de minimale deelneming dus behouden zijn/worden tussen 1 januari 2016 en 31 december 2020. Er gelden specifieke regels indien tijdens de houdperiode de vennootschappen betrokken waren bij fusies, splitsingen, inbreng van een bedrijfstak of van een algemeenheid, enz.

Vennootschappen die een onroerend goed ter beschikking stellen aan een natuurlijk persoon die bedrijfsleider is, zijn uitgesloten van de maatregel.

Groepsbijdrage en vergoeding

De regeling heeft enkel betrekking op het fiscaal verlies van het betrokken boekjaar. Overgedragen fiscale verliezen komen niet in aanmerking.

Het ‘doorgeven’ van het fiscaal verlies neemt de vorm aan van een ‘groepsbijdrage’ van de winstgevende aan de verlieslatende vennootschap. De winstgevende vennootschap creëert op die manier een aftrekpost die in mindering komt van haar belastbaar resultaat. Bij de verlieslatende vennootschap compenseert de groepsbijdrage het verlies.

Ter compensatie van de afname van het (overdraagbaar) fiscaal verlies, moet de winstgevende vennootschap een vergoeding betalen aan de verlieslatende vennootschap. Deze vergoeding is gelijk aan de ‘uitgespaarde’ belasting, i.e. de belasting die verschuldigd zou zijn zonder de groepsbijdrage. De betaling van deze vergoeding gebeurt in het volgend belastbaar tijdperk en is fiscaal neutraal (niet aftrekbaar bij de winstgevende vennootschap en vrijgesteld bij de verlieslatende vennootschap).

De groepsbijdrage en -vergoeding moeten in een overeenkomst tussen de betrokken vennootschappen worden vastgelegd.

Een gunstige maatregel

Dankzij de groepsbijdrage kan een winstgevende vennootschap haar belastingdruk reduceren. Het is zeker een positieve evolutie in ons belastingsysteem dat er op deze manier een (beperkte) vorm van fiscale consolidatie wordt ingevoerd.

Het valt evenwel te vrezen dat er in de praktijk zeer snel en frequent zal gebotst worden op de beperkende voorwaarden van het systeem.