De fiscale impact van ESG op uw bedrijfswagenpark

Dankzij het groeiende bewustzijn rond ESG (Environmental, Social en Governance) wordt het besluitvormingsproces van vennootschappen steeds meer beïnvloed door zaken als energieverbruik, klimaat, gezondheid, veiligheid en deugdelijk bestuur. ESG streeft naar een evenwicht tussen financieel-economische resultaten, transparantie, sociale belangen en het milieu.

Het verbaast dan ook niet dat ook de fiscale administratie belastingplichtigen (meer bepaald vennootschappen) stimuleert om hun bedrijfswagenpark te vergroenen door een hogere fiscale aftrek toe te staan voor zogenaamde ‘groene wagens’ en de aftrek van ‘brandstofwagens’ verder uit te faseren. Naast de fiscale impact biedt de vergroening van het bedrijfswagenpark ook kansen om vanuit innovatieoogpunt meerwaarde te creëren voor het klimaat en werknemers.

De weg naar een groener bedrijfswagenpark

Huidige regeling (wagens aangekocht/leasecontract afgesloten vóór 1 juli 2023)

Vandaag wordt het aftrekpercentage van autokosten bepaald op basis van een formule die rekening houdt met de CO2-uitstoot en het brandstoftype van de wagen, hetgeen leidt tot een lagere fiscale aftrekbaarheid wanneer een bedrijfswagen een hogere CO2-uitstoot of een meer vervuilend brandstoftype heeft (CNG wordt bijvoorbeeld minder “bestraft” dan diesel).

Vennootschappen worden dus nu al bestraft voor het kiezen voor vervuilende wagens.

Opkomende regeling (wagens gekocht/leasecontract afgesloten vanaf 1 juli 2023)

In de toekomst zal de aftrekbaarheid van wagens met verbrandingsmotor (inclusief hybride wagens) geleidelijk afnemen, afhankelijk van het moment van aankoop of het moment waarop het leasingcontract wordt afgesloten. De fiscale aftrekbaarheid van een wagen met verbrandingsmotor die vanaf 1 juli 2023 wordt gekocht, zal variëren tussen 50-100% in boekjaar 2023, terwijl de fiscale aftrekbaarheid verder zal worden verminderd tot 0%-25% in boekjaar 2027.

Hieronder vindt u de tabel met de aftrekbaarheidspercentages per jaar.

Tegelijkertijd zullen zogenaamde koolstofemissievrije wagens (bijvoorbeeld waterstof- of elektrische wagens) een aftrekbaarheid van 100% genieten tot boekjaar 2026.

In een volgende fase zal de fiscale administratie echter het gebruik van bedrijfswagens in het algemeen ontmoedigen, waardoor ook de aftrekbaarheid van de zogenaamde groene wagens geleidelijk zal afnemen. We verwijzen naar onderstaande tabel.

Conclusies en actiepunten

De nieuwe regels verbieden wagens met verbrandingsmotor (inclusief hybride wagens) als zodanig niet, maar ontmoedigen de aankoop of lease van deze wagens door slechts een beperkte aftrekbaarheid toe te staan. Tegelijkertijd zijn extra belastingverminderingen in het leven geroepen om de elektrificatie van het bedrijfswagenpark te vergemakkelijken (bijvoorbeeld verhoogde aftrekbaarheid voor de installatie van laadstations).

De impact van de 'Total Cost of Ownership' op het leasebudget

Omwille van de grotere fiscale differentiatie tussen wagens met verbrandingsmotor en de zogenoemde “groene” wagens wint de fiscale component aan belang als het gaat om de totale kostprijs (hierna ‘TCO’ genoemd). Deze term omvat de totale gebruikskosten van een wagen.

Alhoewel de fiscale impact in het verleden geen bepalende factor was, speelt het nu een belangrijke rol in de berekening.

De aanschafprijs van elektrische wagens is hoger dan die van vergelijkbare wagens met verbrandingsmotor of vergelijkbare hybride wagens. De fiscale lasten van een elektrische auto zijn echter aanzienlijk lager. Zo zijn de kosten van een elektrische wagen in boekjaar 2026 voor 100% aftrekbaar, terwijl de kosten van een wagen met verbrandingsmotor slechts voor maximaal 50% aftrekbaar zijn. Dit percentage moet toegepast worden op de desbetreffende leasekosten, verzekeringen, brandstofkosten, enzovoort, waardoor de impact niet te onderschatten is.

Bovendien is het voordeel van alle aard voor bedrijfswagens aanzienlijk lager voor wagens zonder CO2-uitstoot in vergelijking met wagens met een verbrandingsmotor. Aangezien het voordeel van alle aard voor bedrijfswagens een minimum belastbare grondslag vormt voor vennootschappen, heeft dit ook een indirect effect (d.w.z. hoe lager het voordeel van alle aard van de werknemer, hoe lager de minimum belastbare basis voor de vennootschap).

Indien u het voordeel van alle aard met betrekking tot bedrijfswagens wenst te berekenen, kunt u onze berekeningstool raadplegen.

Stof tot nadenken …

Is het duwtje van de fiscus voldoende om u te overtuigen uw wagenpark te vergroenen? Misschien is dit het ideale moment om uw wagenpark en -beleid onder de loep te nemen en de werkelijke TCO te berekenen (inclusief de fiscale impact).

Vergeet tot slot niet dat het vergroenen van uw wagenpark ook uw bedrijfsimago op het gebied van ESG ten goede zal komen!