Vanaf aanslagjaar 2024 (inkomsten 2023 of boekjaren afsluitend 31.12.2023 of later) is er een nieuwe formaliteit te vervullen om huurkosten fiscaal aftrekbaar te houden. De huurkost van een woning bestemd voor huisvesting is voortaan niet meer aftrekbaar.
Beroepsmatig gebruik - aftrekbaar mits verantwoording
De nieuwe verantwoordingsplicht betreft kosten van huur van onroerende goederen, van onroerende leasing, voor het gebruik of het verwerven van zakelijke rechten op onroerend goed (bijvoorbeeld recht van opstal of erfpacht), inclusief de zogenaamde ”huurvoordelen”.
Alle vennootschappen en natuurlijke personen, die huurkosten willen aftrekken als beroepskost, evenals VZW’s, zullen een bijlage bij hun aangifte inkomstenbelastingen moeten voegen met daarin:
- het adres van het onroerend goed
- de identiteit van de verhuurder of verstrekker van het zakelijk recht
- het bedrag van de betaalde of toegekende vergoedingen
- het bedrag dat als beroepskost in aftrek werd genomen.
Indien de huurkosten en dergelijke meer niet of onvolledig worden verantwoord, zijn ze fiscaal niet aftrekbaar.
Er moet geen verantwoording van huurkosten gebeuren wanneer de huur conform het wetboek btw wordt gefactureerd. Er is dan immers al voldoende controle mogelijk.
Deze maatregel is voornamelijk bedoeld om na te gaan of natuurlijke personen de correcte onroerende inkomsten in hun aangifte personenbelasting opnemen. Een verhuur aan iemand die het gehuurde goed beroepsmatig gebruikt, wordt immers zwaarder belast dan een verhuur aan iemand die het zuiver privématig gebruikt.
Omdat er in een aantal situaties een verschil is tussen het jaar waarin een vennootschap een huurkost aftrekt, en het jaar waarin deze opbrengst bij de natuurlijke persoon belastbaar wordt, zijn discussies in de toekomst niet uit te sluiten.
Privaat gebruik - niet-aftrekbaar
De huurkost van een woning bestemd voor huisvesting, waarvan de huurovereenkomst kosteloos is geregistreerd, moet niet verantwoord worden. Dergelijke huurkost is immers niet meer fiscaal aftrekbaar.
Een uitzondering hierop bestaat als de huur door een rechtspersoon vanwege een wettelijke of contractuele verplichting is aangegaan met als uitsluitend doel de huisvesting van een werknemer of een bedrijfsleider.
Schrijf u in op onze nieuwsbrief
